Rouen 2016

Voor wie naar het westen van Frankrijk rijdt, is Rouen een ideale tussenstop als je niet de hele dag in de auto wil zitten. Rouen is een leuke stad voor een citytrip.
Rouen is de hoofdstad van Normandië gelegen aan de Seine. De rivier die voor Parijs van grote toeristische betekenis is, maar voor Rouen is dat beduidend minder. Rouen is een culturele en historische stad die meer dan de moeite waard is voor een bezoek. De stad ademt geschiedenis. In het middeleeuws stadscentrum kijk je je ogen uit naar de prachtige kerken en de vele vakwerkhuizen in diverse kleuren. De binnenstad is in feite één groot, sfeervol museum. Er zijn veel restaurants, bars, winkels en musea in het centrum, zodat er voor elk wat wils is. Rouen heeft genoeg te bieden voor één of twee dagen. Als je alles wil zien en ook nog de musea wil bezoeken, trek er dan minimaal twee dagen voor uit.
We hebben een leuk B&B-tje (Les Initiés) midden in de stad in een van de historische panden. Op zondag wordt er geen ontbijt geserveerd, dan is het dus eigenlijk een B&?…. Hebben wij weer. “This room has views of the Palais de Justice”, staat op het boekingsoverzicht. Ja, alleen bij onze kamer moet je dan wel uit het raam hangen om het paleis te zien! De overige kamers hebben wel direct zicht op het paleis. Een lift is er niet en telkens vier verdiepingen omhoog lopen, valt na een dag sjouwen best tegen.
Na amper tien meter lopen we een bijzondere winkel binnen waar ze onder andere whisky verkopen. Binnen een halve minuut krijg ik een drammetje aangeboden van een lokaal geblende whisky. “This bottle?”, vraagt de verkoper en binnen vijf minuten loop ik de winkel weer uit met een terplekke gebottelde whisky… Goed, weer vier verdiepingen met de trap omhoog om de fles weg te brengen, zodat ik niet met de nieuwe aanwinst door de stad hoef te zeulen.
In de winkelstraten zitten diverse daklozen met honden die om geld bedelen. Maar mijn gedachte is dan altijd, als je die honden kunt onderhouden heb je het zo slecht nog niet. We kwamen zelfs een dakloze tegen met een bordje waar onder andere opstond dat hij 23 jaar was en werkeloos. Schop onder je kont kun je krijgen, ga werk zoeken, begin een leven!

rouen-place-du-vieux-marche-03-1024x667

Aître Saint-Maclou

Dit is een prachtig binnenhof met vakwerkhuizen net achter de Saint-Maclou kerk met toch wel een bizar verhaal. De huizen dateren uit de 16e eeuw. Het binnenhof was toen een begraafplaats voor mensen die stierven aan pest. De galerijen hebben heel bijzondere reliëfs over alles wat te maken heeft met de dood. Om het allemaal nog luguberder te maken moet je weten dat de zolders van deze gebouwen dienst deden als knekelhuis tot de 18e eeuw.
De ingang van de binnenhof is aan de Rue de Martainville ter plaatse van de kunstschool. Het is een van de topattracties van Rouen samen met de kathedraal, Gros Horloge en het justitiepaleis. Het kan er heel rustig zijn, want veel toeristen kennen de weg niet naar deze binnenplaats.

Gros Horloge

De Rue de l’Horloge is een van de belangrijkste winkelstraten in het centrum. De straat is vernoemd naar de boogpoort die beide zijden van de straat met elkaar verbindt. In 1527 werd aan weerszijden van de boogpoort een klok bevestigd, die tot dat moment aan de naastgelegen Beffroi (belfort) hingen. Het uurwerk geeft ook de weken en de schijngestalten van de maan aan. Het kunstwerk is van verguld hout en bijzonder fraai afgewerkt. De boogpoort is aan de onderzijde voorzien van prachtig beeldhouwwerk met een afbeelding van een schapenherder, maar ook naast de poort bevinden zich veel beelden van engelen en een Griekse god.
Het belfort kan je bezoeken en vanuit de toren heb je een mooi overzicht over de stad, maar dan moet je wel eerst 163 treden omhoog klimmen.

rouen-le-gros-horloge-01-678x1024

Hotel de Bourgthéroulde

Dit voormalige adellijke paleis is ongetwijfeld het mooiste renaissancebouwwerk dat in Rouen te vinden is. Heel fraai zijn de gerestaureerde reliëfstenen met triomfvoorstellingen in het binnenhof. De buitengevel is rijk versierd met beeldhouwwerk.

Jeanne d’Arc

Rouen is ook de stad van Jeanne d’Arc. De herinneringen aan Jeanne d’Arc zijn nog altijd op veel plaatsen in de stad aanwezig en eerlijk gezegd wordt het fenomeen thans wel een beetje commercieel uitgebuit. Vanuit toeristisch oogpunt is dat natuurlijk best slim.
Om het verhaal over dit Franse nationaal symbool te begrijpen heb je wel wat een beetje achtergrond informatie nodig. Jeanne was een ongeletterd boerenmeisje dat leefde in het begin van de 15e eeuw. Tijdens de bezetting door de Engelsen had ze een verschijning die haar opriep ten strijde te trekken tegen de Engelse bezetter. De Fransen ondergingen deze bezetting zeer gelaten en hadden duidelijk een impuls nodig. Als vrouw moest ze proberen een legertje samen te stellen, maar dat verliep natuurlijk niet van een leien dakje, want de gezagvoerders hadden geen inmenging nodig van een vrouw. Uiteindelijk kreeg ze toch een klein leger en bevrijdde ze de stad Orléans. De Engelsen konden deze stad niet meer innemen en Jeanne gaf de Fransen hun nationaliteitsgevoel terug, waardoor ze een nationale heldin werd en vijand nummer één van de Engelsen. Op haar hoofd stond een prijs. Ze werd in 1430 gevangen genomen door Bourgondiërs die haar verkochten aan de Engelsen. In 1431 werd Jeanne veroordeeld tot levenslang vanwege verdenking op ketterij en hekserij. Maar dat was niet naar de zin van de Engelse bezetter en met een truc werd ze veroordeeld tot de brandstapel. Ze werd ter dood gebracht in Rouen, haar as en haar gaaf gebleven hart werden in de Seine gegooid. Het feit dat haar hart niet door de vlammen was verteerd, was voor de Engelsen het symbool dat ze een heilige hadden vermoord. Toen wisten ze dat hun nederlaag nabij was. Uiteindelijk werd in 1450 haar proces herroepen en werd ze postuum onschuldig verklaard. In 1920 werd ze zelfs heilig verklaard. Vaak wordt Jeanne d’Arc ook wel de ‘Maagd van Orléans’ genoemd.
Het enige wat thans nog rest uit de periode van Jeanne d’Arc is een toren van een kasteel uit de 13e eeuw. Het kasteel bestond aanvankelijk uit zeven torens, maar na de Honderdjarige Oorlog werd het kasteel in de 16e eeuw zo goed als afgebroken. Jeanne d’Arc was er nooit opgesloten maar werd wel in een van de afgebroken torens ondervraagd. In de toren bevindt zich nu een klein museum (Le Donjon) over Jeanne d’Arc met onder andere de martelinstrumenten die op haar werden gebruikt om haar te laten bekennen. De dikte van de muren van de toren loopt op tot 4 meter! De toren werd tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers gebruikt als bunker.
Naast de Jeanne d’Arc kerk aan Place du Vieux Marché staat een groot kruis op de plaats waar Jeanne d’Arc werd verbrand.

rouen-eglise-sainte-jeanne-darc-01-1024x678

Kerken

Binnen een kleine straal zijn maar liefst vijf bijzondere kerken te vinden in het centrum van Rouen.
Aan Place Martin Luther King staat een oude Gotische kerk Temple St-Eloi, die deels opgebouwd is uit Frans kalksteen. Omdat de steen zo zacht is, is veel van de gevel letterlijk weggespoeld. Het is ook de minst interessante kerk.
De Jeanne d’Arc kerk aan Place du Vieux Marché heeft een bijzonder afwijkende vorm aan de buitenzijde, namelijk dat van een ondersteboven liggend schip. Hoewel het de indruk geeft oud te zijn is de kerk toch pas in 1979 gebouwd. De indruk wordt wellicht gewekt door de glasramen uit de 16e eeuw die afkomstig zijn uit de tijdens de Tweede Wereldoorlog vernielde St.-Vincentiuskerk. Aan de buitenzijde van de kerk bevindt zich tegen de gevel een beeld van Jeanne d’Arc. Een groot kruis geeft de plaats aan waar Jeanne d’Arc werd verbrand.
De mooiste kerk in Rouen en een bezienswaardigheid is de Notre-Dame. Het is één van de bekendste gotische kathedralen van Frankrijk. De bouw werd gestart in de 1143 en verliep over in de 14e en 15e eeuw, waardoor het bouwwerk eigenlijk uit drie kathedralen bestaat. Het is zelfs mogelijk om de evoluties van de gotiek in deze kerk te volgen. Blikvangers zijn vooral de glas-in-lood ramen en de uitzonderlijke grafmonumenten, o.m. van de hertogen van Normandië. De magnifieke façade behoort tot de mooiste van Europa. Claude Monet heeft dit juweel vaak geschilderd. Als ik op het plein voor de kerk sta, kijk ik minuten lang naar de gevel en zie erg veel beelden op verschillende niveaus. Prachtig. Indrukwekkend is de Vierringtoren met een hoogte van 151 meter en het is daarmee de hoogste van Frankrijk. In de 19e eeuw kreeg deze toren zijn kenmerkende gietijzeren spits aangemeten. Aan de achterzijde van de kerk bevindt zich het Aartsbisschoppelijk paleis met een doorgang naar de kathedraal.
Achter dit paleis staat de Saint-Maclou kerk. Er staan dus min of meer twee kerken achter elkaar.
Met de bouw van deze kerk werd begonnen in de 15e eeuw en duurde 80 jaar. De bouwstijl is vlamgotiek of flamboyante gotiek. Deze kerk werd zwaar beschadigd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bijzonder is de wenteltrap naar het orgel uit de 16e eeuw en het orgel uit dezelfde periode.
De Saint-Ouen kerk is de voormalige abdijkerk die tussen de 13e en 16e eeuw werd gebouwd. Deze Gotische kerk heeft door de lange bouwtijd veel invloeden van andere bouwstijlen meegekregen. De kerk overtreft wat lengte en hoogte van de gewelven betreft zelfs de grote Notre-dame met een paar meter. Het koor en de glasramen zijn de eyecatchers van de kerk. Achter de kerk bevindt zich de abdijtuin die thans ook voor publiek open is.

Palais de Justice

Dit gebouw aan de Rue aux Juifs werd nagenoeg volledig herbouwd na de Tweede Wereldoorlog. Das best knap want als je de schitterende klassieke gevel ziet zou je denken dat het gebouw veel ouder is. Aan de bouwstijl is duidelijk de overgang van de flamboyante gotiek naar de Renaissance te herkennen. Het werd origineel gebouwd in de 16e eeuw en deed zowel dienst als gerechtsgebouw en als parlement van Normandië (1514). Nu doet het gebouw dienst als gerechtsgebouw en kan niet bezocht worden.

rouen-palais-de-justice-02-1024x542

Place du Vieux Marché

Place du Vieux Marché is een mooi, groot en gezellig plein met veel vakwerkhuizen. Je vindt er veel horecagelegenheden. In het midden van het plein staat de Jeanne d’Arc kerk en het kruis waar Jeanne d’Arc verbrand is. Vanuit de gezellige terrasjes heb je een mooi uitzicht over het mooie plein waar toeristen graag verblijven.

Musea

In Rouen zijn tal van musea, in totaal een stuk of tien. Natuurlijk zijn ze niet allemaal even boeiend, want dat is sowieso afhankelijk van je persoonlijke interesses.
Musée des Beaux-Arts is een museum voor kunst met diverse topwerken. Het is een van de topattracties in Rouen. Het is een gehuisvest in een gebouw aan een stadspark dat speciaal werd opgetrokken om deze rijke kunstcollecties onder te brengen. Hier vind je vooral schilderijen maar ook beeldhouwwerken en andere kunstvormen. De collectie bevat topwerken vanaf de 15e eeuw tot nu en daar zijn klinkende namen bij zoals: Gérard David, Caravaggio, Rubens, Velasquez, Fragonard, Monet, Degas, Renoir en vele anderen.
Musée Le Secq des Tannelles (museum over smeedijzerkunst) is gehuisvest in de voormalige kerk Saint-Laurent (15e eeuw) aan de Rue Jacques Villon. Het is een boeiend museum over de ijzersmeedkunst gedurende bijna 2000 jaar zoals: hang- en sluitwerk, scharen, stoelen en nog veel meer. Het is een privécollectie van een burger die in 1920 alles (en dat is heel wat) aan Rouen naliet. Het is zelfs de grootste smeedijzercollectie ter wereld.

Slot

Aangenaam verrast was ik over het bezoek aan Rouen. Voorheen wist ik niets van de stad, maar nu kan ik het je van harte aanbevelen.

Klik hier voor meer foto’s.

Advertentie