Turnhout 2015

Turnhout is een Belgische stad net over de grens onder het Brabantse Breda. Vanwege de ligging van Turnhout zullen Nederlanders – Brabanders uitgezonderd – meestal niet zo snel in de stad stoppen. Turnhout ligt niet aan een snelweg op weg naar het zuiden. De stad heeft relatief weinig toerisme, bekende industrie of producten. Er is zelfs maar een handje vol hotels en B&B’s in de stad. Turnhout laat zich niet echt meten met historische steden zoals: Brugge, Brussel, Gent en Mechelen. Toch is Turnhout geen onaardige stad met bijzondere bezienswaardigheden die zeker de moeite waard is voor een bezoek.
Turnhout is ontstaan op het kruispunt van twee grote handelsroutes. Het jachtkasteel op deze route van de hertogen van Brabant bood bescherming voor het volk. Dit jachtverleden wordt nog steeds weerspiegeld in het wapen van de stad; op het stadswapen staat een reetje dat een schild op het lichaam draagt. In ongeveer 1212 verkreeg de kleine gemeenschap stadsrechten van hertog Hendrik I van Brabant. In de 16e eeuw was Turnhout een rijk commercieel centrum geworden, maar het einde van de eeuw brachten oorlog, vuur, confiscaties en epidemieën. De onderdrukking en de inquisitie deden vele progressieven naar Nederland vluchten, waardoor de streek rond Turnhout verarmd achterbleef. De stad en haar omgeving waren verscheidene keren het toneel van gevechten.
Nu telt de stad ruim 40.000 inwoners, waarvan meer dan 3 % met de Nederlandse nationaliteit. Wonen in België is nog altijd goedkoper dan in Nederland, waardoor redelijk veel Nederlanders hun onderkomen in België gevonden hebben.

Begijnenhof 15 (1024x678)
De mooiste bezienswaardigheden zijn de Grote Markt, het kasteel en het begijnhof. De markt mag oprecht groot genoemd worden. In het midden domineert de Sint-Pieterskerk. De toren is uit de 15e en de kerk uit de 18e eeuw. De in rode baksteen opgetrokken kerk is aan de buitenzijde sober en strak, zeg maar gerust saai. Het interieur is echter een stuk interessanter met schilderijen, beelden en veel houtsnijwerk. Dit komt onder andere terug in de kansel, waaronder zich een enorm groot houten sculptuur bevindt met beelden van Jezus met twee vissers in een grot.
Op de Grote Markt bevindt zich het neoclassicistische stadhuis uit 1961 waar ook het politiebureau is ondergebracht. Links en rechts van het gebouw zien we twee grote beelden in de gevel met voorstellingen van het dagelijkse leven. En voor de rest zijn er voornamelijk horecagelegenheden met gezellige terrasjes en mooie gildehuizen op de Grote Markt. Met een beetje zon lopen de terrassen al snel vol op de Grote Markt, hetgeen bewijst dat de Belgen er een Bourgondisch leven op nahouden.
Turnhout heeft eigenlijk maar één echte grote winkelstraat en dat is de Gasthuisstraat. De autoluwe vrij smalle straat mondt uit op de Grote Markt, zodat je na het vermoeiende shoppen een terrasje kunt pakken.

Kasteel 5 (1024x674)
Het Kasteel van de hertogen van Brabant staat idyllisch in een vijver en vormt met het kleine park er omheen een mooi decor voor bijvoorbeeld een bruidsreportage. In de vijver staat een prachtig bronzen beeld van een liggende naakte vrouw; het is Najade, de godin van alle rivieren en bronnen. Het kasteel stamt uit de 12e eeuw en het werd herhaaldelijk verbouwd. In de tijd van Maria van Hongarije, landvoogdes van de Nederlanden, was het een “Hof van plaisanterie” (lusthof). In de 18e en 19e eeuw raakte het kasteel in verval. De provincie kocht het gebouw rond het begin van de 20e eeuw van de gemeente en ging na de Eerste Wereldoorlog over tot een grondige restauratie. Tegenwoordig is het gerecht er gehuisvest. In de grote rechtszaal hangen muurschilderingen van Karel Boom, die het gerecht ten tijde van Maria van Hongarije voorstellen. De gangen en zalen zijn getooid met historische relieken. Voor het publiek is alleen de binnenplaats toegankelijk.
Het begijnhof van Turnhout is een van de 13 Belgische begijnhoven die in 1998 opgenomen werd op de Unesco werelderfgoedlijst. Waarschijnlijk werd het begijnhof in de 13e eeuw opgericht. Het begijnhof is rondom een plein gebouwd en bereikbaar via het vroegclassicistische poortgebouw uit de 16e eeuw aan de Begijnhofstraat. Het plein is langwerpig waarbij de goed bewaarde barokkerk uit 1665 zich in het midden bevindt. Helaas staan er nogal wat auto’s op het plein geparkeerd, omdat tegenwoordig de huisjes in particulier bezit zijn. Zonder de auto’s zou je je zomaar in de middeleeuwen wanen. De huizen rond het binnenplein stammen uit de 16e en 17e eeuw en ze zijn netjes genummerd van 1 t/m 82. De geveltjes van de gerestaureerde kleine huisjes vormen een sprookjesachtig tafereel met sierlijke hoge bomen op het binnenplein. In een van de huizen huisvest zich een museum, waar men meer over de begijnencultuur te weten kan komen. Het begijnhof had ook een infirmerie (hospitaal), waar zieken begijnen terecht konden.
In Turnhout zijn veel bouwstijlen te bekennen. Gemeentes zijn in België in het algemeen minder betuttelend dan in Nederland, waardoor architecten meer de vrije hand krijgen. Nergens is in Turnhout de bebouwing hoger dan 3 à 4 verdiepingen. Voor wie oog heeft voor architectuur ziet zo nu en dan nog gebouwen in bijzondere bouwstijlen zoals art noveau. De mooiste gebouwen zijn onder andere de watertoren, de gevangenis, het huis van de Gasthuiszusters, het Taxandriamuseum en het station. Tot slot is er ook nog een jachthaven, dat is aangelegd in het kanaal in het westen van de stad.

Klik voor meer foto’s.

Advertentie